Werkplaatsen onderwijsonderzoek: een theoretisch model

De versterking van de school als lerende organisatie is een van de ambities van OCW (zie Lerarenagenda, 2013). Daarbij wordt samenwerking tussen school en kennispartners (hogescholen/universiteiten) essentieel beschouwd. De PO-Raad heeft het initiatief genomen voor een pilot met drie Werkplaatsen Onderwijsonderzoek Primair Onderwijs. Doel is de mogelijkheden en beperkingen van werkplaatsen in beeld te krijgen en te kijken onder welke voorwaarden de samenwerking tussen onderwijsinstellingen en het Hoger onderwijs (HO) (hogescholen/universiteiten) vorm kan krijgen. Op basis van literatuuronderzoek, uitgevoerd door Universiteit Utrecht i.s.m. Oberon, stellen we een model op voor de samenwerking tussen onderwijsinstellingen en beschrijven we succesvolle praktijkvoorbeelden in het po, vo en mbo. Dit model wordt door Oberon getoetst in de praktijk. Het model (onderwerp van de ronde tafel gesprekken) gaat in op: o Succesfactoren en voorwaarden voor schoolontwikkeling. o Succesfactoren en valkuilen bij het tot stand brengen van een onderzoekssamenwerking tussen onderwijsinstellingen. o Verschillen en overeenkomsten tussen onderwijsniveaus (po, vo, mbo) in schoolontwikkeling en samenwerking tussen onderwijsinstellingen en onderzoeksinstellingen. Daarin zijn modellen over de lerende organisatie (Senge, 1990) en ‘school improvement’ en –‘effectiveness’ (Teddlie, 2009) betrokken. Daarnaast is gekeken naar onderzoek naar praktijkgericht onderzoek in scholen (Zwart, Smit, & Admiraal 2015) en samenwerking (Snoek & Moens, 2011).