Taakprofielen van huisartsen in Nederland en Europa

Willemijn Schäfer, Michael van den Berg, Wienke Boerma, François Schellevis, Petrus Groenewegen

Research output: Contribution to journalArticleAcademicpeer-review

Abstract

Achtergrond

Wetenschappelijke evidentie wijst erop dat een sterke eerste lijn bijdraagt aan een oplossing voor de belangrijkste uitdagingen van de gezondheidszorg: het veranderende morbiditeitspatroon in combinatie met een stijgende zorgvraag en kosten. In de afgelopen decennia hebben beleidsmakers in Europese landen een sterke eerste lijn gestimuleerd. Een van de indicatoren van een sterke eerste lijn is de breedte van de taakprofielen van huisartsen. Onderdeel van de taakprofielen van huisartsen is het zorgaanbod van huisartsen waarvoor patiënten hen als eerste contactpunt met de gezondheidszorg consulteren, de mate waarin huisartsen betrokken zijn bij de behandeling van en zorg voor patiënten met chronische ziekten, de kleine technische en chirurgische verrichtingen, en preventie.

Methode

We keken naar de breedte van de taakprofielen van huisartsen in Nederland en 27 andere Europese landen, in 1993 en 2012. Dat deden we op basis van door huisartsen ingevulde vragenlijsten (n = 6321, respectievelijk 6004).

Resultaten

In 1993 hadden Nederlandse huisartsen bredere taakprofielen dan huisartsen in veel andere Europese landen en in 2012 was dit nog meer het geval. De taakprofielen van Nederlandse huisartsen zijn verbreed op het gebied van de behandeling van en zorg voor patiënten met chronische ziekten. Deze trend is ook waarneembaar in de meeste andere Europese landen. In veel landen zagen we een afname in preventieve activiteiten, terwijl Nederlandse huisartsen op dit gebied juist actiever zijn geworden. In 1993 deden Nederlandse huisartsen wel veel minder aan preventie dan die in de meeste andere landen. Verder doen Nederlandse huisartsen meer kleine technische en chirurgische verrichtingen. In hun rol als eerste contactpunt met de gezondheidszorg zijn Nederlandse huisartsen iets minder actief geworden.

Conclusie

Tussen 1993 en 2012 zijn de taakprofielen van Nederlandse huisartsen breder geworden. Ook is hun relatieve positie ten opzichte van andere landen versterkt.

NIVEL, Postbus 1568, 3500 BN Utrecht: W.L.A. Schäfer, onderzoeker; W.G.W. Boerma, senior onderzoeker; F.G. Schellevis, hoofd onderzoeksafdeling; P.P. Groenewegen, senior onderzoeker. RIVM, Bilthoven: M.J. van den Berg, onderzoeker. Academisch Medisch Centrum, Amsterdam: M.J. van den Berg, onderzoeker. VUmc, Afdeling Huisartsgeneeskunde en ouderengeneeskunde/EMGO Institute for Health and Care Research: F.G. Schellevis, bijzonder hoogleraar. Universiteit van Utrecht, Departement Sociale Geografie en Capaciteitsgroep Sociologie, Utrecht: P.P. Groenewegen, bijzonder hoogleraar • Correspondentie: [email protected] • Mogelijke belangenverstrengeling: het QUALICOPC-onderzoek is mede gefinancierd door de Europese Commissie binnen het Zevende Kader Programma (FP7/2007-2013; contract nr. 242141). Het huisartsentaakprofielenonderzoek uit 1993 is gefinancierd uit het EC BIOMED 1-programma (contract nr. BMH1-CT92-1636). De analyse van de data over werkbelasting is gefinancierd door de Landelijke Huisarts Vereniging (LHV). Het NIVEL is een onafhankelijk instituut dat statutair verplicht is tot openbare publicatie.
Original languageDutch
Pages (from-to)286-291
Number of pages6
JournalHuisarts en Wetenschap
Volume59
Issue number7
DOIs
Publication statusPublished - 1 Jul 2016

Cite this