Abstract
Op 20 augustus 2021 werd in het slik in de Westerschelde een dode witflankdolfijn (Lagenorhynchus acutus) gevonden. Later bleek dat het kadaver vermoedelijk al op 18 augustus in de Westerschelde dreef. De Minister van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) is verantwoordelijk voor de invulling van internationale verplichtingen en afspraken omtrent de biodiversiteit en de bescherming van in het wild levende bedreigde diersoorten. Vanuit die verantwoordelijkheid is er door het Ministerie van LNV een onderzoeksopdracht uitbesteed naar de strandingsoorzaak en herkomst van deze dolfijn. Strandingsonderzoek vindt in Nederland sinds 2008 plaats bij de afdeling Pathologie van de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht met als hoofddoel het vaststellen van doodsoorzaken en hierbinnen het onderscheidt tussen natuurlijke en antropogene oorzaken. Daarnaast worden weefsels verzameld waarmee aanvullende onderzoeken kunnen worden uitgevoerd. Hieronder valt onder andere onderzoek naar dieet, dat uitgevoerd wordt door Wageningen Marine Research (WMR).
De gestrande witflankdolfijn was een volwassen mannelijk dier van 12 jaar oud. Het dier was in een redelijke voedingstoestand toen het overleed. Op basis van het postmortaal onderzoek kon worden vastgesteld dat deze witflankdolfijn vermoedelijk levend was gestrand op de modderbank in de Westerschelde. Duidelijke tekenen van infecties of andere ontstekingen werden niet gevonden, maar de staat van ontbinding waarin deze dolfijn verkeerde ten tijde van de sectie bemoeilijkte de beoordeling. Er werden geen aanwijzingen voor antropogeen trauma gevonden, bijvoorbeeld als gevolg van een verstrikking of aanvaring. Ook werden geen recent gegeten prooiresten in de maag aangetroffen, alleen een grote hoeveelheid slik. Middels PCR werd de aanwezigheid van influenza virus, morbillivirus, SARS-CoV-2 en herpesvirus niet aangetoond. De doodsoorzaak van dit dier was vermoedelijk het levend stranden. Er werd geen oorzaak voor het levend stranden gevonden, maar onderliggende ziekten aan bijvoorbeeld het centraal zenuwstelsel konden niet worden uitgesloten.
De gestrande witflankdolfijn was een volwassen mannelijk dier van 12 jaar oud. Het dier was in een redelijke voedingstoestand toen het overleed. Op basis van het postmortaal onderzoek kon worden vastgesteld dat deze witflankdolfijn vermoedelijk levend was gestrand op de modderbank in de Westerschelde. Duidelijke tekenen van infecties of andere ontstekingen werden niet gevonden, maar de staat van ontbinding waarin deze dolfijn verkeerde ten tijde van de sectie bemoeilijkte de beoordeling. Er werden geen aanwijzingen voor antropogeen trauma gevonden, bijvoorbeeld als gevolg van een verstrikking of aanvaring. Ook werden geen recent gegeten prooiresten in de maag aangetroffen, alleen een grote hoeveelheid slik. Middels PCR werd de aanwezigheid van influenza virus, morbillivirus, SARS-CoV-2 en herpesvirus niet aangetoond. De doodsoorzaak van dit dier was vermoedelijk het levend stranden. Er werd geen oorzaak voor het levend stranden gevonden, maar onderliggende ziekten aan bijvoorbeeld het centraal zenuwstelsel konden niet worden uitgesloten.
Original language | Dutch |
---|---|
Publisher | Utrecht University |
Number of pages | 16 |
Publication status | Published - Dec 2021 |