Abstract
In een voorwoord bij het proefschrift van Kersten over het ministerie van Buitenlandse Zaken in ballingschap, 1940-1945, maakte de departementsleiding van BZ zich er nog zorgen over dat de auteur geen gebruik had kunnen maken van memoires van oud-diplomaten. Over het algemeen is het echter zo dat diplomaten juist een positieve uitzondering vormen op de regel dat Nederlandse ambtenaren hun memoires niet publiceren. Het blijft enigszins arbitrair wat men meetelt of niet, maar men komt gemakkelijk tot ruim dertig memoires van Nederlandse diplomaten voor de twintigste eeuw en ik maak me sterk dat er hier en daar niet nog een paar in een bureaula liggen. De primaire taak van de diplomaat is te luisteren en te zwijgen. Het is de vraag of de departementsleiding van BZ dat beeld zal willen en durven uitdragen in een Haagse omgeving, waarin het toverwoord ‘daadkracht’ is. Maar als zij het niet doet, zijn er gelukkig altijd nog de memoires, die het, ondanks hun grappige toon, verdienen om serieus te worden genomen.
Original language | Dutch |
---|---|
Number of pages | 24 |
Publication status | Published - 2005 |