Abstract
Volgens het Albany-arrest zijn cao-bepalingen die op werknemers betrekking hebben onder bepaalde voorwaarden uitgesloten van de werking van de mededingingsbepalingen van het VWEU (art. 101). In dit arrest is de vraag aan de orde of een bepaling die in een cao is opgenomen reeds om die reden buiten de mededingingsbepalingen valt. Als het antwoord hierop ontkennend is dan is de vraag of de omstandigheid dat de bepaling betrekking heeft op zelfstandigen, maar (ook) bedoeld is ter verbetering van arbeidsvoorwaarden of werkgelegenheid van werknemers tot gevolg heeft dat de mededingingsbepalingen dergelijke cao-bepalingen niet verbieden. Het Hof antwoordde dat bepalingen die betrekking hebben op zelfstandigen niet buiten de werkingssfeer van art. 101 VWEU vallen. Dit is echter anders wanneer het om schijnzelfstandigen gaat. Vervolgens gaf het Hof een ruime definitie van ‘schijnzelfstandigen’, zodat het arrest meer mogelijkheden geeft om cao-bepalingen die betrekking hebben op ‘zelfstandigen’ te maken dan op het eerste gezicht lijkt.
Translated title of the contribution | The immunity from the competition provisions for bogus self-employed: the FNV Kiem case |
---|---|
Original language | Dutch |
Pages (from-to) | 111-116 |
Number of pages | 6 |
Journal | Nederlands Tijdschrift voor Europees recht |
Volume | 21 |
Issue number | 4 |
DOIs | |
Publication status | Published - 2015 |
Keywords
- competition
- social rights
- self-employed