Dragojevic t. Kroatië - annotatie: EHRM 15 januari 2015, 68955/11, JBP 2015/57

    Research output: Memorandum/expositionCase noteProfessional

    Abstract

    In deze annotatie ga ik in een strafrechtelijke context in op de klachten over een onrechtmatige inbreuk op de privacy en over het gebruik van het aldus verkregen bewijsmateriaal. Ik ga met name in op steeds strengere toets die het EHRM aanlegt met betrekking tot de kwaliteit van de wetgeving en de daarmee samenhangende toetsing die ten aanzien van inbreuken op de privacy door middel van heimelijke opsporingsbevoegdheden wordt vereist. Daarbij werp ik ook een korte blik op de toekomst: met het oog op het onlangs ingediende wetsvoorstel Computercriminaliteit III is het goed weer eens nadrukkelijk stil te staan bij de eisen die door het EHRM worden gesteld aan heimelijke (technische) opsporingsbevoegdheden en aan de (on)mogelijkheden voor de zittingsrechter om e.e.a. te toetsen.
    Original languageDutch
    Finished15/01/15
    Publication statusPublished - 2016

    Publication series

    NameJurisprudentie Bescherming Persoonsgegevens
    No.57
    Volume2015

    Cite this