Abstract
Gaat de strafrechter steeds meer op de stoel van het COVOG zitten? In deze rechtspraakrubriek beschrijven wij de straf- en bestuursrechtelijke praktijk naast elkaar, aan de hand van concrete voorbeelden van VOG-overwegingen in strafzaken en overwegingen omtrent ‘de wijze van afdoening van de strafzaak’ in VOG-zaken. Hiermee laten wij zien in hoeverre de beoordeling van de bestuursrechter afwijkt van die van de strafrechter waar het gaat om ‘de ernst van het delict’ ofwel ‘de mate waarin het delict de verdachte is aangerekend’. Om beide rechtsgebieden (meer) als communicerende vaten te laten functioneren, is het belangrijk dat bij de strafmotivering de omstandigheden van het delict expliciet worden besproken en hoe deze tot (verhoging of verlaging van) de op te leggen straf hebben geleid.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | 70 |
Pages (from-to) | 781-801 |
Journal | Delikt en Delinkwent |
Volume | 46 |
Issue number | 9 |
Publication status | Published - Nov 2016 |