Aanpassing afstammings- en gezagsrecht gewenst voor ongehuwd samenwonende ouders

Research output: Contribution to journalArticleAcademicpeer-review

Abstract

De Nederlandse samenleving is in de afgelopen vier decennia compleet veranderd, waar het gaat om het relatielandschap. In de jaren zeventig werd er volop getrouwd en werden bijna alle kinderen binnen het huwelijk geboren; in 2015 werden zelfs meer eerstgeboren kinderen buiten dan binnen het huwelijk geboren. Het afstammings- en gezagsrecht, de twee gebieden die in dit opzicht juridisch van belang zijn, zijn van oorsprong uitsluitend op het huwelijk gericht. Het huwelijk was lange tijd het enige model voor relaties. De vlucht die het ongehuwd samenwonen heeft genomen, is een ontwikkeling die zich in veel westerse landen voordoet en die de wetgever voor de kwestie plaatst welke gevolgen deze relatie heeft voor de rechtsverhouding tussen ouders en kinderen. De vraag is in hoeverre beide rechtsgebieden zich voldoende hebben aangepast aan de maatschappelijke veranderingen. Dit onderwerp heeft in Nederland recent politieke aandacht gekregen. In de eerste plaats heeft de Staatscommissie Herijking Ouderschap de opdracht gekregen om na te denken over afstamming en gezag in het licht van de maatschappelijke ontwikkelingen; het advies zal eind 2016 verschijnen.1



In de tweede plaats kondigde D662



in maart 2016 aan dat zij een wetsvoorstel zal indienen gericht op de verbetering van de rechtspositie van ongehuwde vaders, met name door een aanpassing van het gezagsrecht. Dit laatste is het eerste teken in lange tijd dat de positie van deze grote groep kinderen en ouders ook op de agenda van de politieke partijen staat.
In deze bijdrage staat de vraag centraal hoe de doelen van het familierecht zo goed mogelijk kunnen worden gerealiseerd. Daartoe worden hierna enkele cijfers gegeven aan de hand waarvan de maatschappelijke context wordt geschetst. Vervolgens wordt ingegaan op het Nederlandse afstammingsrecht en het gezagsrecht, terwijl daarna aandacht wordt besteed aan de doelen die met deze wetgeving op beide terreinen worden nagestreefd. Of, en welke, problemen zich voordoen in de regeling van het afstammings- en gezagsrecht komt ook aan bod, evenals de vraag of het familierecht met een aanpassing de onderscheiden doelen beter kan realiseren. Ten slotte wordt ingegaan op een mogelijke oplossing.
Original languageDutch
Pages (from-to)30-44
Number of pages15
JournalJustitiële Verkenningen
Issue number4
DOIs
Publication statusPublished - 2016

Cite this