Sluiten kolencentrales belangrijk signaal voor klimaattop Parijs

    Press/Media: Expert Comment

    Description

    Sluiten kolencentrales belangrijk signaal voor klimaattop Parijs

    Nederland is het slechtst presterende land in Europa wat betreft klimaat- en energiebeleid volgens recent onderzoek van het Europees Milieu Agentschap in Kopenhagen. Nederland staat onderaan de lijst op het gebied van duurzame energieproductie, uitstoot van broeikasgassen en primaire energieconsumptie. De rechter heeft de Nederlandse regering op de vingers getikt vanwege nalatig klimaatbeleid en geëist dat Nederland in 2020 25% minder broeikasgassen uitstoot t.o.v. 1990. Dit vergt nog een forse beleidsintensivering volgens het Planbureau voor de Leefomgeving en het Energieonderzoekcentrum Nederland. Met de belangrijke klimaattop in Parijs in het verschiet en op de huid gezeten door de rechter, wordt het hoog tijd dat Nederland eindelijk eens een duidelijk duurzaam signaal afgeeft. De meest effectieve maatregel die Nederland kan nemen is om alle 11 kolencentrales te sluiten. Niet alleen de oude uit de jaren 80 van de vorige eeuw, maar ook de nieuwere centrales, en zelfs de nieuwste drie die dit jaar pas in gebruik zijn genomen. Het ECN heeft de gevolgen berekend voor 2

    scenario’s: zo snel mogelijk sluiten, per 1 januari 2017, of gefaseerd, per 1

     januari 2020. Het einde van het kolentijdperk is onvermijdelijk en het sluiten van alle kolencentrales markeert dat. De wereldwijde kolenindustrie is in grote problemen geraakt en is economisch niet langer levensvatbaar, mede door toedoen van de versnelde opmars van duurzame energie. De Citigroup bank in de VS voorziet een sombere toekomst voor de steenkoolsector en bouwt de financiering ervan af. Kolenleveranciers leiden miljardenverliezen op de beurzen in de VS en Europa. Kolenexperts verwachten dat over 10 jaar alle kolencentrales in Europa zijn gesloten. Groot-Brittannië heeft besloten om alle kolencentrales te sluiten voor 2025. Duitsland heeft onlangs besloten om 8 grote bruinkoolcentrales te sluiten. In de Verenigde Staten heeft Obama de aanval ingezet op de kwakkelende kolenindustrie. Sinds 2010 zijn er al 200

     

    kolencentrales gesloten in de VS (40% van alle kolencentrales). Obama wil de komende jaren nog honderden kolencentrales sluiten en de productie van duurzame energie fors stimuleren. Zelfs China zet niet langer eenzijdig in op kolen. Weliswaar wil men nog steeds ca. 350 kolencentrales bouwen, overigens nog maar de helft van wat men oorspronkelijk van plan was, maar het kolenverbruik in China is voor het eerst gedaald in 2014, hoewel de uitstoot hoger blijkt dan gerapporteerd wordt. De lokale weerstand tegen de vervuilende kolen wordt echter steeds groter. Vandaar dat China massaal investeert in zonne- en windenergie: China heeft inmiddels al het grootste vermogen wereldwijd aan windenergie en op Duitsland na het grootste vermogen aan zonne-energie. Er is dus een mondiale beweging tegen steenkool op gang gekomen. De OECD noemde eerder dit jaar (nieuwe) kolencentrales de grootste (klimaat) bedreiging voor de wereld. Ze produceren een enorme hoeveelheid CO

    2

    , drie keer meer dan gascentrales, en zijn ook erg vervuilend in de vorm van uitstoot van fijnstof, roet en zware metalen. Kan de Nederlandse energievoorziening het aan als alle kolencentrales worden gesloten? Ja. De totale netto capaciteit van de energiecentrales in Nederland is ca. 33 GW. Daarvan is naar schatting ca. 20 GW nodig voor binnenlands gebruik door industrie en huishoudens. Alle kolencentrales hebben een vermogen van ca. 7.5 GW. De gascentrales kunnen tezamen ruim 20 GW leveren. Als alle kolencentrales worden stilgelegd, blijft er nog ca. 5.5 GW aan reservecapaciteit over. We kunnen dus morgen alle kolencentrales uitzetten zonder in de problemen te komen. Daarbij gaan we er van uit dat het extra benodigde gas bij voorkeur uit Noorwegen komt. Door het sluiten van alle kolencentrales daalt de CO

    2

    -uitstoot in Nederland met

    zo’n 15 Mton per jaar, doordat elektriciteit uit kolencentrales wordt vervangen

    door elektriciteit uit gascentrales. De CO

    2

    -reductie is iets minder dan 10% van de totale CO

    2

    -reductie. Dit betekent dat we de gestelde eis van 25% broeikasgasreductie in 2020 ruimschoots halen. Bovendien leidt de sluiting tot substantieel minder vervuiling: een grote kolencentrale (zoals de Eemshaven)

    produceert per jaar zo’n 100 ton fijnstof, 2 miljoen kilo stikstofoxide

    en 550 kilo zware metalen waaronder kwik. Kolencentrales dragen dan ook duidelijk meer bij aan gezondheidsschade door luchtverontreiniging dan alternatieve bronnen,

     

    inclusief gasgestookte centrales. Actie is geboden aangezien luchtverontreiniging nog steeds verantwoordelijk is voor meer dan 400.000 vroegtijdige sterfgevallen in Europa per jaar. Natuurlijk, onder de ETS-regeling kan deze daling weliswaar elders in Europa worden gecompenseerd, maar dat geldt voor elke CO

    2

    -emissiereductie die onder het emissieplafond van het ETS valt (dus ook voor CO

    2

    -reductie door toename van wind- en zonne-energie). Het je verschuilen achter dit effect van het ETS systeem is bovendien een drogredenering. Beleid kan daar tenslotte de komende jaren zelf wat aan doen door meer krapte te creëren in het ETS systeem. Er zijn ook nadelen verbonden aan het sluiten van kolencentrales. Zo halen we de duurzame energiedoelstelling in 2020 niet, doordat geen biomassa meer wordt bijgestookt in kolencentrales. Daardoor wordt het geschatte aandeel duurzame energie in 2020 10.8% i.p.v. 11.9%, ver onder de doelstelling van 14%. Hier weegt volgens ons de CO

    2

    -reductie doelstelling op korte termijn zwaarder dan de duurzame energiedoelstelling. Bijstoken van biomassa vertraagt in feite de transitie naar duurzame energie. Daar komt bij dat het verbranden van biomassa onder vuur ligt, o.a. vanwege de steeds grotere bijdrage aan de concentraties fijn stof in Europa, de twijfel over de bereikte CO2-reductie en het ongewenste effect dat subsidiëring van hout voor energie heeft op gebruik van biomassa voor hoogwaardigere toepassingen (cascadering). Bovendien stijgt de Nederlandse elektriciteitsprijs met ongeveer 2-4 euro/MWh. Omgeslagen per gemiddeld Nederlands gezin is dat echter een

    gering bedrag, zo’n 10 euro per jaar.

     Uiteraard kost het de betrokken energiebedrijven ook geld, maar dat beschouwen wij als investeringsrisico. Een eventuele schadeloosstelling door de overheid valt hierbij niet uit te sluiten. Beschouwen we de kosten en baten op macro-niveau, dan kost sluiting van de centrales max. 800 miljoen per jaar. Daar staat tegenover max. 500 miljoen minder uitgaven uit de SDE+ subsidieregeling door het wegvallen van biomassabijstook. Dat levert tot 2020 een netto kostenpost op van

    zo’n 300

    miljoen euro per jaar. Dit is te overzien, bovendien zijn de maatschappelijke

     

    baten (zoals minder CO

    2

    -uitstoot en minder vervuiling) hierbij niet meegerekend. Het sluiten van alle kolencentrales is dus niet alleen een effectieve maatregel, maar is bovendien een belangrijk signaal van Nederland op weg naar de klimaattop in Parijs. Wij menen bovendien dat Nederland als voorzitter van de EU in de eerste helft van 2016 leiderschap moet tonen. Deze maatregel zou dat onderstrepen. Sluiten van deze centrales betekent overigens dat ze buiten werking worden gesteld, ze kunnen eventueel nog gebruikt worden onder extreme omstandigheden of bij calamiteiten. Het maakt bovendien een eind aan de internationaal onbegrepen paradox dat één van de landen die het meeste te vrezen heeft van klimaatverandering het minste doet om er paal en perk aan te stellen. Wij roepen het kabinet en de 2

    de

     Kamer daarom op om alle werkende kolencentrales in Nederland te sluiten vóór 2020.

    Prof. dr. Jan Boersema

    hoogleraar milieukunde Leiden/Amsterdam VU

    Prof.dr. Theo Beckers

    hoogleraar vrijetijdswetenschappen en adviseur Brabants centrum duurzame ontwikkeling Tilburg

    Prof. dr. Jeroen van den Bergh

    hoogleraar milieueconomie Barcelona/Amsterdam VU

    Prof. dr. Frank Biermann

    hoogleraar politicilogie en milieubeleid Amsterdam VU

    Prof.dr.ir. Han Brezet

    hoogleraar duurzame productontwikkeling Delft

    Prof. dr. ir. Bert Brunekreef

    hoogleraar milieu-epidemiologie Utrecht

    Prof. dr. Bram Buscher

    hoogleraar sociologie van ontwikkeling en verandering Wageningen

    Prof.dr. Gerard van Bussel

    hoogleraar windenergie Delft

    Prof. dr. Marcel Canoy

    distinguished lecturer Erasmus School of Accounting and Assurance

    prof. dr. Marcel Dicke

    hoogelaar entomologie Wageningen

    Prof.dr.ir. Andy van den Dobbelsteen

    hoogleraar klimaatontwerp en duurzaamheid Delft

    Prof.dr. Ellen van Donk

    hoogleraar aquatische ecologie Utrecht

    Prof.dr. Peter Driessen

    hoogleraar milieu-maatschappijwetenschappen Utrecht

    Prof.dr.ir. Klaas van Egmond

    hoogleraar geowetenschappen/milieukunde Utrecht

    Prof.dr. Josee van Eijndhoven

    emeritus-hoogleraar duurzaamheidsmanagement Rotterdam

    Prof.dr. John Grin

    hoogleraar beleidswetenschap en systeeminnovaties Amsterdam

    Prof.dr.ir. Michiel Haas

    emeritus-hoogleraar duurzaamheid en materialen Delft

    Prof.dr. Wim Hafkamp

    hoogleraar milieukunde Rotterdam

    Prof. Dr. Maarten Hajer

    hoogleraar urban futures in Utrecht

    Prof. Dr. Ir. Anke van Hal

    hoogleraar duurzaam bouwen Nyenrode en Delft

    Prof.dr.ir. Arjen Hoekstra

    hoogleraar watermanagement Twente

    prof. dr. Kees Hummelen

    hoogleraar organische chemie Groningen

    Prof.dr. Harry Hummels

    hoogleraar ethiek, organisatie en samenleving Maastricht

    Prof.dr Ekko van Ierland

    hoogleraar milieu-econmie Wageningen

    Prof.dr. Jan Jonker

    hoogleraar duurzaamheid Nijmegen

    Prof.dr. Rene Kemp

    hoogleraar innovatie en duurzame ontwikkeling Maastricht

    Prof.dr. Alfred Kleinknecht

    emeritus-hoogleraar economie van innovatie Delft

    Prof.dr. Carolien Kroeze

    hoogleraar management, wetenschap en technologie Open Universiteit/Wageningen

    Prof.dr. Rik Leemans

    hoogleraar milieu-systeemanalyse Wageningen

    prof. dr. Harro van Lente

    hoogleraar filosofie van duurzame ontwikkeling Maastricht

    Prof.dr. Pieter Leroy

    hoogleraar beleidswetenschappelijke milieukunde Nijmegen

    Prof.dr. Derk Loorbach

    hoogleraar socio-economische transities Rotterdam

    Prof.ir. Peter Luscuere

    hoogleraar Building Services Delft

    Prof.dr. Pim Martens

    hoogleraar duurzame ontwikkeling Maastricht

    Prof. dr. Cees Midden

    emeritus-hoogleraar cultuur en technologie Maastricht

    Prof.dr. Henk Moll

    hoogleraar natuurlijke hulpbronnen, duurzame productie en consumptie Groningen

    Prof dr. Wolf Mooij

    hoogleraar aquatische ecologie Wageningen

    Prof.dr. Paquita Pérez Salgado

    hoogleraar Unesco-leerstoel voor duurzame ontwikkeling Open Universiteit

    Prof.dr. Sjoerd Romme

    hoogleraar ondernemerschap en innovatie Eindhoven

    Prof. Dr. Annemieke Roobeek

    hoogleraar strategisch innovatiemanagement Nyenrode

    Prof. dr. ir. Rudy Rabbinge

    hoogleraar duurzame ontwikkeling en voedselzekerheid Wageningen

    Prof.dr.ir. Jan Rotmans

    hoogleraar transitiekunde Rotterdam (initiatiefnemer van de open brief)

    Prof.dr. Huub Savenije

    hoogleraar hydrologie Delft

    Prof. Dr. Ton Schoot Uiterkamp

    hoogleraar milieukunde Groningen

    Prof.dr. Johan Schot

    emeritus-hoogleraar transitiestudies Eindhoven, directeur SPRU-beleidsonderzoek Sussex (UK)

    Prof.dr.ir. Gert Spaargaren

    hoogleraar duurzame leefstijlen en consumptiepatronen Wageningen

    Prof. dr. Jan Stel

    hoogleraar oceanische ruimte en menselijke activiteit Maastricht

    Prof.dr. Frans Stokman

    hoogleraar methoden/technieken Groningen

    Prof.dr.ir. A. van Timmeren

    hoogleraar milieutechnologie en ontwerp Delft

    Prof.dr. Arnold Tukker

    hoogleraar duurzaam innoveren Delft/Trontheim

    Prof.dr. Rob van Tulder

    hoogleraar international business-society management Rotterdam

    Prof.dr.ir. Pier Vellinga

    hoogleraar klimaatverandering Wageningen

    Prof.dr.ir. Geert Verbong

    hoogleraar systeeminnovatie en duurzame transitie Eindhoven

    Prof. mr. Jonathan Verschuuren

    hoogleraar Europees en internationaal milieurecht Tilburg

    Prof. dr. Louise Vet

    hoogleraar evolutionaire ecologie Wageningen

    Prof. Dr. Marcel Visser

    hoogleraar ecologische genetica Wageningen

    Prof.dr.ir. Arjen Wals

    hoogleraar sociaal leren en duurzame ontwikkeling Wageningen

    Prof.dr. Gail Whiteman

    hoogleraar duurzaamheid en klimaatverandering Rotterdam

    Prof. dr. Herman Wijffels

    hoogleraar duurzaamheid en maatschappelijke verandering Utrecht

    Prof.Arjen van Witteloostuijn

    hoogleraar economie Antwerpen,Tilburg/Utrecht

    Prof. dr. Ernst Worrell

    hoogleraar energie, materialen en milieu Utrecht

    Prof.dr. Aart de Zeeuw

    hoogleraar milieu-economie Tilburg

    Prof.dr.ir. Miro Zeman

    hoogleraar zonne-energie Delft

    Prof.dr.ir. Bastiaan Zoeteman

    hoogleraar duuurzame ontwikkeling Tilburg

    Period23 Nov 2015

    Media coverage

    1

    Media coverage

    • TitleSluiten kolencentrales belangrijk signaal voor klimaattop Parijs
      Date23/11/15
      PersonsBert Brunekreef